De makers van Voedseltuin Rotterdam aan het woord

De ogen en oren van de Voedseltuin Rotterdam & De Miss Media van de Voedseltuin Rotterdam

De ogen en oren van de Voedseltuin Rotterdam

Ron is al zes jaar conciërge bij de Voedseltuin. ’s Morgens opent hij de deuren en aan het einde van de dag verlaat hij als laatste de groene oase in Schiemond. Hij verricht er allerlei hand- en spandiensten, binnen en buiten. Hij houdt de buitenruimte schoon, veilig en leefbaar en ontvangt gasten die langskomen op de tuin. Ron – eerst werkloos, in de bijstand, op zoek naar passend werk – is een onmisbare schakel in de Voedseltuin en ervaart het als zijn tweede thuis.

Ron: “Ik ben een nieuwsgierig mens. Als vrijwilliger begonnen en gewoon gaan meelopen. Ik doe van alles en heb een grote mate van vrijheid. Ik word er blij van als ik zinvol bezig ben. Dat je hier niet voor Jan *** rondloopt maar iets nuttigs doet.

De combinatie van biologische landbouw en armoedebestrijding bij de Voedseltuin, dat vind ik interessant. We werken met veel andere initiatieven in de stad samen. Dat is mooi voor iedereen, want door samen te werken heeft alles wat we doen een groter effect. We leveren groente en fruit aan de Voedselbank, aan de koks van Stichting Pluspunt en aan de dames van stichting Tafelvanzeven. Zij verwerken onze groenten in hun cateringopdrachten.

We verbouwen hier met de vrijwilligers heel veel verschillende groentes. De boerenkool is net geoogst. Die doet het altijd goed: makkelijk te oogsten en simpel klaar te maken. Snijbiet verbouwen we ook. Dat is ook lekker in een stamppot en heel voedzaam. Tot in het najaar hebben we frambozen en bramen. En aardperen. Die groeien! Als je een stuk aardpeer in de grond stopt, komt het gewoon weer op.

De Voedseltuin is een bijzondere plek. Van tevoren stond nog niet vast wat er hier allemaal zou gaan gebeuren. Er is in de loop van de jaren veel veranderd. Er zijn bedrijven omheen gekomen, zoals Joep van Lieshout. En mooie samenwerkingsverbanden met andere sociale ondernemingen. Dus terwijl ik aan het koffiezetten en tuinieren ben, gebeurt er van alles. Niet alleen met de ontwikkeling van dit gebied, maar ook met de mensen die hier werken.  Met elkaar en voor de stad. Dat is toch mooi, dat ik daaraan kan bijdragen.”

 

De Miss Media van de Voedseltuin Rotterdam

Jill kwam naar de Voedseltuin om in het groen bezig te zijn toen ze zonder werk zat. Nu werkt ze twee dagen per week op het kantoor als communicatiekracht, naast haar betaalde baan. Tijd om in de tuin te werken heeft ze niet meer, maar dat doet ze nog wel in haar eigen volkstuin. “De Voedseltuin heeft me veel gebracht. Ik zat in die periode niet zo goed in mijn vel. Als je dan hier komt en merkt dat de mensen aardig zijn, dan voelt dat goed. Hier kun je jezelf zijn, hier kun je groeien.”

“Ik zat in een periode zonder werk, wist niet wat ik wilde gaan doen. Ik vind het heerlijk om in mijn eigen volkstuin bezig te zijn, dus ik dacht, ik moet meer in het groen gaan werken.

Via een coach kwam ik in 2015 bij de Voedseltuin terecht. Ik heb gezaaid, geoogst, onkruid gewied, water gegeven, de container opgeruimd, dat soort dingen. Maar er was ook hulp nodig op kantoor, dus ik ben langzaam in dit werk gerold. Een paar maanden later vond ik betaald werk in de horeca. Die baan ben ik gaan combineren met mijn werk bij de Voedseltuin.

Ik heb geen communicatieachtergrond maar ik doe wel vooral communicatietaken.

Ik ben begonnen met het bijhouden van de website, social media, het oogstlogboek. Inmiddels is er veel meer werk. Afgelopen jaar heb ik bijvoorbeeld digitale nieuwsbrieven in Mailchimp gemaakt en verstuurd Dat vind ik erg leuk, die technische dingen uitzoeken.

Ik zou wel wat vaker de tuin in willen. Het is heerlijk om buiten fysiek bezig te zijn en ik ken iedereen inmiddels. De sfeer is goed. Je werkt samen maar je kunt ook zelf je gang gaan als je wilt.

Als je hier als vrijwilliger komt, draai je eerst een paar weken mee om te ontdekken wat je wilt en kunt. Sommige mensen werken vier dagen, anderen een of twee dagen. De opkomst is ook afhankelijk van het weer. Gemiddeld zijn er zo’n tien tot twintig mensen per dag.

Toen ik hier voor het eerst kwam bestond de Voedseltuin nog uit lapjes groen. Begin 2016 is alles op de schop gegaan. Er is een pad aangelegd, er zijn grote cirkels gemaakt. Veel mensen waren er een beetje van in de war. Ze hadden het jaar ervoor nog van alles in de tuin gedaan en nu werd alles anders. Maar dan ga je met z’n allen aan de slag en zie je langzaam weer nieuwe, mooie dingen ontstaan. Ik vind het ontzettend leuk om de ontwikkeling van de Voedseltuin te zien. Daar wil ik deelgenoot van zijn.

De oogst van de Voedseltuin gaat naar cliënten van de Voedselbank. Ze krijgen een strippenkaart in hun voedselpakket en kunnen hier tussen 9 en 15 uur verse groenten en fruit komen halen. We nemen de mensen mee de tuin in want ze moeten het zelf oogsten. Zo zien ze waar het voedsel vandaan komt en hoe het groeit.

De groenten komen altijd goed terecht. Pluspunt komt elke maandag verse groenten halen voor de hele week. Er is ook een project in Delfshaven, waar wordt gekookt voor alleenstaande moeders met kinderen. En de mensen die meehelpen nemen natuurlijk zelf ook wat mee naar huis. We gooien niets weg.

De Voedseltuin heeft me veel gebracht. Ik zat in een periode dat ik het even allemaal niet meer wist. Dan zit je stil en daar word je niet zeker van. Doordat je op een gegeven moment weer wat gaat doen, denk je: ‘O, ik kan best wel wat.’ En als je dan merkt dat de mensen aardig zijn, dan voelt dat goed. Je kunt hier gewoon jezelf zijn, je kunt hier groeien.”